Heeft je hond het koud? Alles wat je moet weten over winterweer en je viervoeter
Wanneer het kouder wordt zie je het verschil meteen: de ene hond huppelt vrolijk zonder jas door de sneeuw, terwijl de andere in een warme outfit is ingepakt. Maar hoe weet je of jouw hond bescherming nodig heeft? In dit artikel leggen we uit hoe het zit!
Hoe gevoelig is jouw hond voor kou?
Niet elke hond is hetzelfde. Sommige rassen zijn echte koukleumen, terwijl anderen perfect opgewassen zijn tegen lage temperaturen.
-
Gevoelig voor kou: dobermanns, windhonden, chihuahua’s, ridgebacks en naakthonden. Vooral kortharige honden hebben sneller last van de kou.
-
Goed bestand tegen kou: husky’s, newfoundlanders, akita’s en Sint-Bernards. Deze honden hebben een dichte ondervacht die ze beschermt tegen ijs en wind.
Niet alleen het ras speelt een rol, ook de grootte, leeftijd en gezondheid tellen mee. Kleine honden koelen sneller af dan grote, en oudere of zieke honden zijn gevoeliger voor kou. Je merkt vaak vanzelf wanneer je oudere viervoeter bijvoorbeeld liever binnen blijft op koude dagen.
Wanneer is het écht te koud?
Er is geen vaste temperatuur die voor alle honden geldt, maar als richtlijn:
-
Onder de 10°C: kleine honden kunnen het koud krijgen.
-
Rond het vriespunt: ook grotere honden beginnen de kou te voelen.
-
Onder 0°C: dan is het voor vrijwel alle honden koud – pas extra op.
Actieve honden die veel bewegen tijdens het wandelen, hebben het minder snel koud. Toch is het belangrijk om alert te blijven.
Herken de signalen van kou bij je hond
Let op deze tekenen dat je hond het koud heeft:
-
Hij wil niet naar buiten
-
Hij blijft dicht bij je in de buurt
-
Zijn lichaam trilt of is verkrampt
-
De ademhaling wordt zwaarder
-
De staart zit ingetrokken
-
Hij piept, oogt lusteloos of trekt zich terug
-
Hij loopt langzaam of keert uit zichzelf om naar huis
Zodra je één of meerdere van deze signalen ziet, is het tijd om naar binnen te gaan.
Warme uitrusting voor winterwandelingen
Om je hond buiten te beschermen tegen de kou en nattigheid kun je kiezen voor een waterdichte hondenjas. Vooral geschikt voor kleine of kortharige honden, of honden met weinig vetreserves.
Let op bewegingsvrijheid: je hond moet nog lekker kunnen rennen en spelen. Na een wandeling in koud weer is het heerlijk voor je hond om te ontspannen op een warme plek. Zorg voor een zachte deken of mand en droog hem goed af met een handdoek.
Vergeet ook zijn pootjes niet. Zout en steentjes op de weg kunnen de poten van je hond beschadigen. Wat kun je doen?
-
Spoel de poten af na elke wandeling, liefst in een lauwwarm voetbadje.
-
Trim de vacht tussen de tenen om ijsvorming te voorkomen.
-
Gebruik een beschermende balsem zoals melkvet, vaseline of kokosolie (veilig én lekker).
-
Laarsjes? Alleen als je hond lang over zout of asfalt moet lopen. Houd er rekening mee dat hij minder goed voelt waar hij loopt.
Wandelen in de winter: hoe lang?
Laat je hond zelf het tempo aangeven. Sommige honden willen snel weer naar binnen, anderen genieten juist van lange tochten door de sneeuw. Let goed op zijn lichaamstaal en voorkom dat hij sneeuw eet. Dat kan het maagslijmvlies irriteren.
Heeft je hond meer voer nodig?
In de meeste gevallen is het niet nodig om meer te voeren. Wel verbruikt je hond meer energie bij kou. Weeg hem af en toe om te checken of hij op gewicht blijft. Zo kun je zijn voeding eventueel een beetje bijstellen.
Kortom: elk hondenras is anders, maar met wat extra aandacht en voorbereiding wordt de winter net zo leuk voor je viervoeter als voor jou.